Jenůfa is zwanger. Haar minnaar, de vader van het kind Števa, wil dan niets meer met haar te maken hebben en de huwelijksbelofte die hij haar zojuist heeft gedaan, wordt snel vergeten. Nadat Jenůfa is vertrokken en in het geheim van haar kind is bevallen, vreest haar stiefmoeder, de dorpssecretaris, voor de reputatie van haar pleegdochter. Ze komt tot de conclusie dat het leven zonder kind een betere toekomst voor Jenůfa zou hebben en neemt een beslissing die even ernstig als verschrikkelijk is.
Tussen bekrompen moraliteit en adembenemende machteloosheid verkent Janáčeks beroemdste opera extreme psychologische toestanden - meedogenloos en zonder oordeel. Na “Katja Kabanova” ensceneert Tatjana Gürbaca opnieuw een meesterwerk van de Tsjechische componist.